![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Als je een culturele toeristische activiteit wilt ontwikkelen zal nagegaan moeten worden wat de aantrekkelijkheid van de toeristische bestemming is. Er dient dus een inventarisatie gemaakt te worden van alle elementen die een bepaalde streek aantrekkelijk maakt voor toeristen. De culturele objecten en activiteiten dus, maar ook de natuur, recreatie/ en pretparken e.d.
Instellingen als Provincies, gemeenten, Recreatieschappen en VVV´s hebben meestal
zo´n inventarisatie gemaakt. Het bevorderen van toerisme, recreatie en vrijetijdsbesteding
in de Nederlandse regio´s is of hun hoofdtaak (VVV) of belangrijke deeltaak.
Als ondernemers of instellingen een toeristische culturele activiteit in een streek
of regio willen starten wordt de bovengenoemde inventarisatie beperkt tot die elementen
die gerelateerd zijn aan de culturele erfenis van die streek die tastbaar of voortlevend
in de tradities van die streek. Je kunt dat het erfgoed noemen van een streek.
Unesco (http://nl.wikipedia.org/wiki/Erfgoed_Nederland) omschrijft werelderfgoed als „de erfenis waar we nu mee leven, en die we aan toekomstige generaties door willen geven”. De culturele en natuurlijke locaties die zijn aangewezen als werelderfgoed zijn volgens Unesco onvervangbaar, uniek en eigendom van de hele wereld. Behoud van deze locaties is van groot belang.
Onder cultureel erfgoed wordt verstaan: wat door vorige generaties is gebouwd of gemaakt en wat nu nog bestaat en tegenwoordig monumentale of museale waarde heeft.
Naast het materiele erfgoed is het immateriële of roerend erfgoed van belang. Denk aan nog steeds gedragen klederdrachten in Zeeland en Bunschoten-Spakenburg bijvoorbeeld, aan klompendansen en het zingen van hymnes zoals het Wilhelmus of het lied van „Bobejaan klim die berg om die rooinek te verslaan, hoerah vir die boer hoerah! (Zuid Afrika, Oranje Vrijstaat).
Door contact met dit erfgoed krijgen toeristen, recreanten, scholieren en geïnteresseerden een beeld hoe mensen vroeger geleefd moeten hebben. Ook is het cultureel erfgoed is van belang voor de identiteit van een samenleving, het versterkt het culturele en historisch zelfbewustzijn. Historische gebouwen, monumenten, schilderijen, voorwerpen geven een samenleving een tastbaar gedeeld verleden en versterken zo de nationale en streekeigene identiteit. De Gouden Eeuw geeft de Nederlander aan dat we niet zomaar een landje zijn maar een land met een geduchte marine, koopvaardij, handels- en ondernemingsgeest, cultuur, kunst en organisatievermogen. Openstaand voor andere culturen met behoud van de eigen identiteit. Voor Vlaanderen geldt de Vlaamse leeuw, de Vlaamse Primitieven, kantwerken en Antwerpen met Brussel als het middelpunt van Europa.
Het cultureel erfgoed in Nederland en Vlaanderen hangt voor een groot deel samen met het water en de zee. Dijken, polders, kanalen, bruggen, havens, sluizen, wind- en watermolens, verdedigingslinies, scheepvaartmuseums, kerken enz. Ook het industrieel erfgoed van de 19e eeuw, zoals de vroegere tabaksdrogerijen, wolspinnerijen, glasblazerijen en ijzergieterijen, maakt deel uit van het cultureel erfgoed.
Daarnaast is het immateriële of roerend erfgoed. Hier bedoelt men de talen, verhalen en legendes, lokale muziek, volksdans, feesten, verenigingen, rituelen, van een bepaalde streek of cultuur, en die waardevol worden geacht om te bewaren. Ook het traditioneel vakmanschap waaronder van oudsher gebruikte methoden van textielbewerking en overgeleverde patronen en schema's in de decoratieve kunst (weefkunst, keramiek, houtbewerking) en de bouwkunst.
Het overheidsorgaan in Nederland dat zich bezig houdt met (roerend) erfgoed is de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Een andere belangrijke instelling die zich bezig houdt met historische objecten en cultuuruitingen is de in 2007 opgerichte Stichting Erfgoed Nederland, gesubsidieerd door het Ministerie van OCW. De Stichting ondersteunt cultureel erfgoed in brede zin en geeft ondersteuning aan archeologie, archieven, monumenten en musea. Er zijn afdelingen voor publicaties, evenementen en de stichting heeft een expertisecentrum. Voorlichting en educatie dienen gestimuleerd te worden rondom en in het aanwezige erfgoed in Nederland.
In Vlaanderen sluit de overheid "erfgoedconvenanten" af met plaatselijke partners. Subsidies worden dan verstrekt als het erfgoed toegankelijk wordt voor de toeristen en recreanten. Dat kan door tentoonstellingen, publicaties, randactiviteiten e.d.
![]() |
1.1.2. Cultureel Toerisme | Hoe Inventariseer je? |
![]() |