|
|
|
|
|
|
|
Cultureel Toerisme is toerisme dat zich richt op grond en land waartussen overblijfselen van het leven van de oorspronkelijke bevolking en van de doortocht van veroveraars zichtbaar is, naast dat van de huidige bewoners.
Dit soort toerisme richt zich dus ook op architectuur, avantgardistische kunstcreaties en theater, muziek- en filmfestivals. Een vorm van cultureel toerisme is creativiteits toerisme: schilderen, maaltijden bereiden van regionale producten, klossen, toneelspelen in de open lucht of in de vroegere stal enz.
Een nieuw terrein van cultuur toerisme wordt door Lennon en Foley (2000) als „donker“ toerisme beschreven. Dit type van toerisme bevat het bezoeken van „donkere“ plaatsen zoals slagvelden, scènes van horror misdaden of handelingen van volkerenmoord en concentratiekampen. Het donkere toerisme stelt strenge ethische en morele dilemma’s als ze opengesteld zijn voor bezoekers, dit geldt met name voor concentratiekampen en gevangenissen uit de recente geschiedenis van de vorige eeuw.
Dit soort toerisme is gebaseerd op verschillende motivaties van de bezoekers. Dat kan rouwen en zich herinneren zijn maar ook macabre nieuwsgierigheid of zelfs vermaak.
Volgens www.worldlingo.com/ma/enwiki/nl/Tourism#Creative_tourism is de vroege oorsprong van dit donkere toerisme te herleiden tot de vroegere kermisterreinen en middeleeuwse markten.
Cultureel toerisme is dus vakantie beleving aan de hand van de cultuur in een bepaald land en/of streek. De geschiedenis, een strategische geografische ligging en de invloed daarop op de mensen en levenswijzen vormen de basis van die cultuur. De toerist ontdekt in zijn vakantie de (regionale)cultuur die zich niet alleen ten toon spreidt in ambachtswerk en gastronomie maar ook in bouwkunst, schilderkunst en beeldhouwkunst. Daarnaast in muziek, dans, theater, literatuur, film en fotografie.
Musea, archeologische vindplaatsen en kunstcentra
stellen de toerist in de gelegenheid een fascinerende en impressievolle wandeling,
fiets/ of autotocht door een bepaalde regio te maken. Daardoor leert hij/zij de
streek kennen en begrijpen. De uiterlijke en innerlijke kenmerken van een streek
of regio met andere ogen zien, geeft een geweldige ervaring. Antropologie, geschiedenis,
etnografie, oude en moderne kunst, het is allemaal zicht baar als je erop gewezen
wordt. Hier ligt een oud beroep in een nieuw jasje klaar: de plaatselijke en regionale
gids. Een parttime activiteit in de meeste gevallen maar wel een die geld in het
toeristische laatje brengt.
De musea laten je in Nederland getuige zijn van de opkomst van de regio, de oorspronkelijke bewoners, invallen van de Noormannen, gevechten tussen Gelre en Utrecht en de bezetting door Fransen en Duitsers. Een dag doorbrengen als soldaat aan de Grebbelinie of als dichter in het Muiderslot, het is een unieke ervaring. In een dorp kan je je in gedachten inleven in het leven van de oorspronkelijke bewoners. Verblijf bijvoorbeeld in een van de vroegere bedienden woningen bij kasteel Renswoude. Doe daarna het ambachtsmuseum bij Voorthuizen aan. Onderweg een kunstcentrum bezoeken, dat de moderne kunst weerspiegelt van de streek, is ook cultureel toerisme.
Als het goed is kan de toerist genieten van allerlei creatieve uitingen en manifestaties op iedere dag van het jaar. In bepaalde dorpen zoals Blaricum, Bergen en Amerongen kan de toerist interessante kunstenaars tegenkomen via tentoonstellingsruimten en galeries. Een muziekuitvoering op het kasteel, in Amerongen bijvoorbeeld, traditioneel en hedendaags ambachtswerk op jaarmarkten, beeldende kunsten op marktpleinen en oude half vergane begraafplaatsen zoals bij de koepelkerk in Renswoude.
Fotografie en beeldende kunsten, muziekfestivals met alle muzikale stijlen in de buitenlucht en soms zelfs als het weer het toelaat openlucht theaters onder een sterrenhemel.
|
|
1.1.1. Toerisme | 1.2. Inventarisatie |
|